Geschreven door Julia Grimm

Kleine kinderen hebben geen probleem ermee een tweede taal te leren of om je weg te vinden in een andere cultuur. Maar hoe krijg je kinderen zover dat ze in een ander land zowel de moedertaal van hun ouders als hun cultuur leren? In Duitsland hebben kinderen van Nederlanders het grootste deel van de dag alleen contact met de Duitse taal en cultuur. Dit is hoofdzakelijk te wijten aan het feit dat ze in de kleuterschool en in hun hobby’s Duits horen en met hun vrienden Duits praten. Als dan een van de ouders uitsluitend in hun moedertaal met de kinderen spreekt maken ze kennis met de andere taal en cultuur. Maar buiten hun familie zijn ze bezig met de Duitse cultuur en taal. Dus hoe kunnen we de twee culturen en talen tegelijk bevorderen?

Een mogelijkheid om Nederlandse les in het buitenland aan te bieden zien we bij de Stichting Nederlands Onderwijs Hanzestad Bremen (NOHB). Ze bieden lessen voor kinderen van Nederlanders en Belgen vanaf drie t/m 14 jaar aan. In de naschoolse lessen wordt eerst een regelmatig contact opgebouwd met de Nederlandse taal en daarbij ook met de cultuur. Het belangrijkste is dat de juffen zacht en speels zijn in hun aanpak. Een keer per week komt bijvoorbeeld de groep voor zes kleine kinderen van drie tot zes jaar samen die een laag taalniveau hebben. In de NOHB zijn de kinderen onderverdeeld in verschillende taalvaardigheidsniveaus.

De groep met jongere kinderen leert de taal meestal door spelletjes. In de zomer vonden de lessen buiten plaats zodat ze bij actieve spelletjes konden meedoen. Bijvoorbeeld vormen de kinderen een cirkel en gooien een bal naar elkaar. Het kind met de bal zegt: ‘Ik ben Julia en wie ben jij?’ en gooit de bal naar een ander kind. Dit spel kan worden aangepast aan de onderwerpen en het taalniveau, zodat er vervolgens iets geavanceerdere uitspraken worden gedaan. Bijvoorbeeld kunnen de kinderen vragen: ‘Welk seizoen vind je het best?’ – ‘Ik vind winter het best. Dan bouw je een sneeuwman.’

In de lessen die een of twee uur lang zijn wordt gewisseld tussen actieve spelletjes en rustige concentratie periodes. Tijdens deze periodes worden boeken zoals de Bremer stadsmuzikanten voorgelezen of een alfabet-puzzel in de juiste volgorde gezet. De lessen zijn onderverdeeld in periodes die betrekking hebben op de seizoenen (zomer, herfst) en speciale onderwerpen zoals Boekenweken, Sint-Maarten of Sinterklaas.

Ook wordt veel aandacht aan rituelen gegeven. Daarom begint iedere les met samen zitten, eten en verhalen vertellen. De kinderen vertellen iets over hun dag in de kleuterschool of over hun knuffels of speelgoed dat ze hebben meegenomen. Ook wordt over het eten gesproken wat de kinderen of juffen bij zich hebben. Daardoor leren de kinderen aan de ene kant nieuwe woorden en aan de andere kant iets over typisch Nederlandse specialiteiten. Dit kan bijvoorbeeld een broodje met pindakaas zijn. Deze rituelen omvatten ook liederen die aan het begin en aan het einde van iedere les worden gezongen, bijvoorbeeld:

De lessen buiten hebben het voordeel dat je met de kinderen in de natuur bent zodat je makkelijk kunt wandelen door het Burgerpark in Bremen en gesprekken kunt voeren over de dieren die je in het dierenpark ziet. De kinderen zijn daardoor in natuurlijke situaties en praten meer dan in een lessituatie of zingen een kinderenlied in het Nederlands dat ze van thuis kennen. Het best voor de kinderen was waarschijnlijk het herfstseizoen waar ze de kastanjeblaadjes in de lucht konden gooien. Onderweg leren ze nieuwe Nederlandse woorden. Zo werden stappen geteld en speels gewisseld tussen grote en kleine stappen, achteruitlopen en rennen en sluipen.  Tijdens het wandelen door het Burgerpark wordt zo de taalvaardigheid en tellen geoefend.

Online-Lessen

Als gevolg van de Corona-pandemie werd na de herfstvakantie overgeschakeld naar online lessen. In de online lessen ligt de focus op de luistervaardigheid en het leren van nieuwe woorden. Na de alfabetische volgorde worden dieren door kleine videoclips voorgesteld en erover gesproken. Voor iedere letter en elk dier krijgen de kinderen een tekening die ze tijdens het afspelen van liedjes kunnen inkleuren. De rituelen met de liedjes aan het begin en aan het einde wordt ook in de online lessen onderhouden.

Tijdens de online lessen is de medewerking van de ouders nog belangrijker dan normaal. Ze moeten niet alleen maar de tekeningen printen, ze krijgen ook verhaaltjes en tips voor liedjes die ze met de kinderen samen horen en bespreken. Het grootste probleem bij online lessen is echter dat vooral kleine kinderen niet echt willen praten. Dus is het nog belangrijker dat ze in de loop van de week met hun ouders in het Nederlands praten om nieuwe woorden te oefenen en hun taalvaardigheid te verbeteren.

Foto: © NOHB

Comments are closed